We hebben nu alle planeten gezien, zegt Kristof Sterrenstof. Op welke rotsige planeet gaan we op vakantie? Nergens groeien bomen, planten of lopen er dieren rond, ziet Lotte. Dat lijken me maar saaie vakantieplekken. Op vakantie mag het niet te warm of te koud zijn. En we houden wel van wat zwemmen in het water. Ik weet het! zegt Lotte plots. Die derde rots vanaf de zon, dat is de aarde. Daar zie ik veel water om in te spetteren. Misschien moeten we daar een duikje nemen? Onder water valt hopelijk meer te beleven.
Duiken over drie, twee, één … telt Kristof Sterrenstof af. PLONS en we zitten onder water! Waar zijn de vissen? Waar zijn de schelpen? Alleen maar water? Saaiste vakantieplek ooit! zucht Lotte. PATS! Plots botst hun duikboot tegen … een piepklein Celletje in een piepklein belletje. Celletje bruist van de energie. Onder water wil hij er dolgraag een leuke boel van maken. Hij lijkt wel wat op een lief hamstertje! vindt Kristof Sterrenstof. Kom, we volgen hem op zijn reis.
Als Celletje dingetjes vindt die hij kan gebruiken, dan neemt hij ze mee in zijn kleine belletje. Zo houdt hij een mooie ketting van dingetjes bij, als een parelsnoer om zijn hals. Maar Celletje is helemaal alleen. Hij vindt niemand om zijn dingetjes mee te delen. En hoe kan hij van die grote, lege zee toch een vrolijke plek maken? vraagt Lotte. Wacht! Er staat iets te gebeuren. Celletje verdeelt al zijn leuke dingen in twee en blaast dan heel hard … Kijk, er komt nog een …
BLUB … een nieuw Celletje in een belletje, met alles erin. Het lijkt op hem, net als een tweeling! Nu zijn er al twee celletjes, ieder in hun belletje, zegt Lotte. Wacht nog eens! Ze hebben alweer een idee! Als de twee celletjes opnieuw heel hard blazen, dan zijn ze al met vier celletjes. Ieder celletje blijft maar belletjes voor nieuwe celletjes blazen. Opnieuw en opnieuw en opnieuw. Blub, blub, blubberde blub. Het lijkt wel een belletjesblaasfabriek, zegt Lotte vrolijk. Maar er is iets bijzonders aan de hand.
De nieuwste celletjes zijn groter, sterker en sneller dan de eerste celletjes, ziet Kristof Sterrenstof. Kijk, ze zijn al met zoveel! Ze vormen groepjes en werken goed samen. Ieder groepje krijgt taakjes van een leider. Iemand zoals een juf of een meester die ze leert hoe het kan of moet. Wat worden ze slim, denkt Lotte. Ze hebben allemaal iets wat ze heel goed kunnen: een talent. Ieder groepje is goed in wat anders. Jij hebt ook ongetwijfeld vele talenten, Lotte, zegt Kristof Sterrenstof. Kan je goed tekenen, zwemmen, fietsen of zingen? Ik kan heel goed babbelen, lacht Lotte.
Wat zien Lotte en Kristof Sterrenstof nu? Samen bouwen de groepjes celletjes eerst planten in de zee, zoals wuivend zeewier of een lelie. Ook kleine diertjes met schelpjes en visjes zijn het resultaat van het bouwplezier van de celletjes. Nu krioelt het in zee van planten en diertjes. Kijk, zegt Kristof Sterrenstof, de groepjes celletjes hebben voor het eerste leven gezorgd. De celletjes zijn de bouwblokjes van alles wat leeft. Het is hier een prachtige vakantieplek geworden! Maar op land is er nog helemaal niets te zien, zucht Lotte.